Lodewijk zag zichzelf als zonnekoning.

Bron 1: Uit de herroeping van het edict van Nantes, 1685

Art. 2: wij verbieden aan onze onderdanen, die de zogenaamde hervormde godsdienst belijden (=protestantisme), nog te vergaderen om deze eredienst te beoefenen in om het even welke plaats of particulier huis.
Art. 3: Wij bevelen dat alle predikanten van de zogenaamde hervormde godsdienst die zich niet willen bekeren en die de rooms-katholieke godsdienst niet willen aannemen, veertien dagen na de bekendmaking van ons edict het land verlaten, op straf van de galeien.
Art. 7: Wat de kinderen betreft die zullen geboren worden, willen wij dat zij voortaan worden gedoopt door pastoors van de parochies. Wij bevelen aan de vaders en aan de moeders ze ten dien einde naar de kerk te laten brengen op straf van boete. Daarna zullen de kinderen worden opgevoed in de katholieke godsdienst.

 

Hugenoten (Franse protestanten) op de vlucht
De havenstad La Rochelle was al lange georiënteerd op transatlantische handel met de Franse koloniën in Noord-Amerika en het Caraïbisch gebied. Voor veel hugenoten werd het een opvangoord en vluchtweg naar Amerika en 'Nouvelle France', het huidige Québec in Canada, waardoor de stad de bijnaam, La Rochelle, La Rochelle, kreeg. De vlucht van de hugenoten kwam in feite neer op de vlucht van kapitaal, economische netwerken, handelaars, kennis en ambachtslieden.
De gevolgen voor de internationale relaties waren nog veel eger. Vele hugenoten werden opgevangen in landen waar ze welkom waren. De goede naam van Lodewijk XIV werd ernstig beschadigd. De vorsten die het wel konden vinden met de protestantse godsdiensten, zagen Lodewijk als de duivel en wilden niet meer met hem samenwerken.

 

Bron 2: Lodewijk XIV liet in 1702 een officieel portret schilderen. De koninklijke attributen verwijzen naar zijn absolute macht. Vandaag hangt het in Versailles.

                                                                                 Hierboven vind je een cartoon van de Engelse dichter, William Thackeray, 1875

Bron 3: Vereeuwiging van de macht
Al op jonge leeftijd ontwikkelt Lodewijk XIV een brede interesse voor de kunsten. Hij is buitengewoon geïnteresseerd in de schilderkunst, architectuur, muziek en erg begaan met dans. Zelf is hij ook een begaafd danser die zelf de rollen van Mars en de Zon vertolkt in de balletten, behorende bij de opera, geschreven door Francesco Cavalli.

Lodewijk richt in 1648 de Koninklijke Academie voor Beeldhouw- en Schilderkunst, ofwel L’Académie Royale de Peinture et de Sculpture op.Bij deze academie zijn meesters als Charles Le Brun aangesloten. Bij de aanvang van de persoonlijke heerschappij van Lodewijk XIV werd het plan opgevat om de Academie te reorganiseren, zodat het instituut in dienst kwam te staan van het hof. Jean-Baptiste Colbert die in dienst was geweest van Kardinaal Mazarin wordt bij het aantreden van Lodewijk´s persoonlijke heerschappij een belangrijke raadgever van de Koning.

Colbert is van plan de heerschappij van de koning als beschermheer van de kunsten te herstellen. Volgens hem zijn de kunsten nuttig als die bijdragen aan de roem van de koning. Daartoe reorganiseert hij in 1663 de Academie Royale de Peinture et de Sculpture. Met Colbert als viceprotecteur en Charles Le Brun als directeur; dé favoriete schilder van de koning.
De barok in Frankrijk krijgt ook de naam van Lodewijk XIV, de Louis XIV stijl.

Op bovenstaand schilderij van Henri Testeling stelt Jean-Baptiste Colbert de leden van de Koninklijke Academie voor Wetenschappen voor aan de koning (1667). Het monumentale werk bevindt zich in het paleis van Versailles

Jean Nocret portretteerde in 1670 Lodewijk XIV en zijn familie als goden van de Olympus. Het schilderij bevindt zich in Versailles.

 

 

 

Lodewijk XIV als Jupiter, de overwinnaar van de Fronde (17de eeuw, waarschijnlijk van Charles Poerson)

 

 

 

 

 

Lodewijk XIV als Alexander de Grote (Charles le Brun, 1653)